Complete off-night Moerkapelle in Rotterdam

Op vrijdag de 13e (!?) december vertrok Moerkapelle 1 naar het sfeervolle Nivon gebouw, de thuishaven van RSR Ivoren Toren. Sfeervol wil nog niet zeggen lekker warm, want de kachels moesten nog aan. Maar nadat de stukken hebben afgetrapt en je verhevigd bent in heftige strijd, voel je er al snel niets meer van. RSR Ivoren Toren 3 was dit keer de tegenstander, een gevaarlijke outsider. Ging Moerkapelle zich een naar een kooppositie schaken? Bij winst zou het kunnen.

Teamleider Wouter Vroegindeweij gaf echter het allerslechtste voorbeeld, door in een ongebruikelijke opening al na 6 zetten een strategische pion te verliezen met kans op nog een pionverlies, want hoe moest die eenzame pion op e5 het ooit redden. Hoe is dit toch mogelijk op dit niveau. Voor het moraal van het team probeerde Wouter er nog iets van te maken, maar dat was tamelijk kansloos. Toch was hij niet als eerste klaar. Invaller Christiaan Noorland kwam zich nog bijna verontschuldigen voor zijn prima remise met zwart tegen een op papier sterkere tegenstander. Ook André Nieuwlaat liet een puntendeling noteren, nauwkeurig spel was daar wel voor nodig. Inclusief het verlies van Wouter stond er een 2-1 achterstand op de borden.

Maar er was nog niets verloren. Hugo speelde vol op de aanval op het eerste bord en leek toch de betere kansen te hebben. Jesse van Elteren zat broederlijk naast hem. Hij vond dat hij wat minder stond en wilde remise aanbieden, Ervaring leert inmiddels dat Jesse dan juist op z’n sterkst is en hij kon het initiatief naar zich toetrekken door de witter dame te vangen (wel ten koste van 2 torens), maar zwart had de betere kansen. Gerard van Ommeren speelde dit keer op 4 met zwart. Hij mist nog wat wedstrijdritme en kreeg problemen met een matdreiging op de onderste rij. Hij moest daardoor een stuk geven, maar in een toreneindspel leek remise nog mogelijk.Bovendien als iemand van ons zo’n stelling moet kunnen spelen dan Gerard toch wel. Maarten Vroegindeweij had op 5 met wit een symmetrische stelling. Het leek in evenwicht, maar toch leek wit de betere kansen te hebben, al moest Maarten wel oppassen. Tot slot Arno Luinenburg op 8. Met zwart zoals we gewend zijn hartstochtelijk spelend op de aanval. Kortom er leken nog wel kansjes op 4-4 of zelfs meer.

Arno bereikte gek genoeg als enige de remisehaven, de aanval sloeg niet door en hij moest een kwaliteit geven. De pionnenmeerderheid neutraliseerde het witte voordeel echter, waardoor beide spelers besloten tot zetherhaling. Dat kan op zich nog. Maar de 3 daaropvolgende partijen tekenden het noodlot dat wij blijkbaar voor onze kiezen moesten krijgen. Gerard had een T+L tegen T eindspel bereikt. Dat zou toch theoretisch remise moeten zijn, edoch Gerard liet zich mede door de tijd foppen en verloor. Maarten had juist een tijdvoorsprong en speelde met het oog op de open stelling solide. We hadden echter winstpunten nodig en in een poging iets te forceren, liet hij zich plots mat zetten. Dan Hugo die gewoon een heerlijke partij speelde. Hij miste nog een heel goede kans (mat in 6) en zoals zo vaak krijgt de aanvaller de deksel op zijn neus. Zo stond het ineens: 5½-1½ en was de (forse) nederlaag een feit. Jesse scoorde nog wel een prima punt door z’n tegenstander naar een matnet te manouvreren, een persoonlijk succes, maar slechts een pleister op de wonde.

Kortom het had ook wel anders kunnen lopen, maar een punt binnenhalen is ook een kwaliteit. RSR 3 haalde ons hiermee in en wij lijken dit seizoen tot de middenmoot te zijn veroordeeld. De benodigde scherpte ontbreekt en dan krijgen we het gewoon heel lastig. Met 4 degradanten moeten we zelfs goed oppassen. In 2014 gaan we verder.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.